Archief voor de ‘Australië 240d op reis’ Categorie

10/09: We sluiten het Australië verhaal af met een goed gevoel. Zelfs in de winter is het weer super t.o.v. de lage landen. De laatste dagen klom het kwik tot 28°. Het is vooral een ‘cool laid back country’, zoals ze het zelf plegen te noemen, vooral na de gesprekjes in de diverse ‘campkitchens’. De openbare toiletten zijn superclean t.o.v. deze in Europa. De merendeel rijdt er met witte pick-ups en alshet even kan sleept hij er nog een heuse caravan of een andere trailer achteraan. De steaks en worsten zijn er super maar de keuze is niet te vergelijken met onze Bourgondisch aanbod. De stranden behoren tot de beste te wereld, zeker als je een zoon hebt die surfen ademt. Als je een beetje uitkijkt kan je betrekkelijk goedkoop boodschappen doen in de Coles of Woolies(Woolworth), toch buiten het seizoen. Het was een geweldige tijd in Aussie-land, de geweldige sterrenhemels, overmatig nachtelijke dierengeluiden, het subtropisch regenwoud, de Humpbacks, de dolfijnen, … Maar ook de heerlijke long black coffee, de fudge, meestal gratis parkeren, de ‘no worries’, en wat nog allemaal…? Wij hebben ervan genoten, de volle 48 dagen, the Great Ocean Route, Melbourne, Philip Island, Sydney, de kustlijn tot in Gold Coast, diep het woud induiken in diverse National Parks, campfires maken en een ‘barbie’ houden, een wijntje drinken, rijden in onze 390.000km oude Jucy campervan, genieten van ‘slow traffic’, zalig! En plots ben je nog meer ‘down under’, in New-Zeeland.

Op 11/09 wordt je dan wakker in de Jucy Snooze vlakbij Christchurch Int. Airport. We tellen nog eens twee uren bij voor wat het tijdsverschil met Australië betreft en zitten inmiddels 10 uren voor op België. De familiekamer was basic en helemaal in orde naar onze maatstaven qua bed, douche e.a. We bestelden een Uber taxi om ons naar het adres van Travellers Autobarn te brengen. We wilden eens wisselen van campervan merk. Minder kilometers op de teller, meer comfort en goedkoper. Gevonden dus bij deze firma. De uitleg, formaliteiten e.d. waren een beetje omslachtig naar ons goeddunken maar we hebben ons kunnen inhouden bij de overhandiging van de autosleutels. Nog eerst even een YouTube filmpje bekijken en veel paperassen invullen vooraleer te vertrekken zou eenvoudiger kunnen… Maar de camper bolt voortreffelijk! Onze eerste bestemming is Akaroa en ligt op het schiereiland nabij (75km) Christchurch. Eerst deden we wat inkopen in de Countdown om een paar basis levensmiddelen in huis (de camper) te halen. Dit grootwarenhuis kan je vergelijken met Woolworths in Australië, de Delhaize bij ons. De weg naar Akaroa loopt eerst vlak maar verandert na een paar tiental kilometer in een slingerend parcours, door de bergen, op smalle weggetjes. We namen de toeristische route en zagen van bovenaf de prachtige meren verschijnen. In het stadje aangekomen maakten we eerst een wandelingetje alvorens een plek te zoeken voor de nacht. Dit was de eerste kennismaking met het rurale leven buiten de grote steden. Nieuw-Zeeland is groter dan het U.K. maar kleiner dan Italië, van noord naar zuid gemeten, ‘as the crow flies’ (vogelvlucht). Er wonen slechts 4,6 miljoen mensen waarvan de merendeel in de grootste steden. Dus eens daarbuiten is het opnieuw zalig rijden met minimaal verkeer om je heen.

12/09 , via Methven rijden we naar Mount Somers. De rukwinden doen onze wagen ongewild van links naar rechts laveren. We passen onze snelheid aan want met de verhoogde opbouw van onze camper vangen we dermate veel wind dat 80 km/h echt wel het maximum was. We reden door tot Lake Heron waar we helemaal alleen aan het meer stonden. Daarvoor moesten wel wel 16 km over een ‘gravelroute’ rijden. Gelukkig was deze onverharde weg perfect te berijden met onze 2WD (two wheel drive).

13/09, via Geraldine rijden we naar Fairlie waar we een overheerlijke ‘pie’ met zalm, kaas en spekblokjes aten. We tankten de wagen nog eens vol aan omzeggens dezelfde prijs zoals bij ons. Wat een verschil met Australië waarde benzine 50% goedkoper was. Gelukkig huren we hier de camper ook voordeliger dus dat compenseerd dan weer. We houden halt aan Lake Tekapo met een machtig panorama als decor. We praatten ook even met onze buren van één nacht. Hij was van Brazilië, zij van Polen. We deelden wat tips uit en we zien elkaar wellicht nog in Brazilië, zoniet op de sociale media.

14/09, Vandaag rijden we naar Mount Cook. We zitten nu al op een 700m boven zeeniveau en het wolkendek hangt hier dus extreem laag. De toppen van de bergen hangen in een dikke mist. Af en toe komt de zon erdoor piepen. Vlug mijn batterij van mijn fototoestel wat bijladen want door de kou is deze vannacht volledig plat gelopen. We zijn nu in het informatiepunt bezoekerscentrum en klaar voor een trek van een uurtje of drie. Maar eerst de wandelschoenen aantrekken…

Na Lennox Head zijn we intussen al enkele dagen opgeschoven, wat zeg ik …, al meer dan een week verder. De dagen werden opgevuld door voornamelijk het surfen van Mathis op de plaatsen met de ronkende namen zoals Cabarita Beach, Tweed Head, Snapper Rocks, e.a. Wij als ouder, sponsor en fan van het eerste uur, relaxten aan het strand of deden een terrasje of beiden. Gelukkig zagen we geregeld de migrerende Humpbacks en hun jongen opspringen uit de oceaan. De haaien die erachter aan gaan hebben we niet opgemerkt. Rond de betere surfplaatsen hangen er ook haaiennetten om de lieve diertjes niet in de verleiding te brengen om mee te surfen. Omdat een en ander soms ook wel eens teveel van het goede wordt weken we ook nog eens uit naar het Springbrook National Park. Daar was een vuurtje stoken vanwege de extreme droogte uit den boze, lees verboden dus. We hebben er wel weer wat mooie ‘look out’ punten bezocht en een paar wandeltochtjes in het regenwoud. We bezochten ook nog de Hinze stuwdam, een enorm bouwwerk naast een meer, die de regio moet voorzien van voldoende water of het teveel ervan kanaliseert. Momenteel, door de grote droogte, zagen we de dam niet in werking. Het meer lag er rimpeloos bij. Eigenlijk zijn we een paar dagen te vroeg op bestemming zijnde Gold Coast, vanwaar we overmorgen vliegen naar Nieuw-Zeeland. We konden de afgelopen dagen ook opvullen met nog verder noordwaarts te trekken maar dat zou alleen maar grotere afstanden opleveren en nog meer van hetzelfde als de voorbije weken. Daarom kozen we ervoor om de laatste dagen voor geen uitschieters meer te zorgen en ons te ‘settelen’ op een paar betere ‘campings’. Met de start van het nieuwe schooljaar is ook voor Mathis een nieuwe periode van start gegaan. We hebben redelijk wat downloads kunnen doen van bepaalde vakken of toch tenminste toegang kunnen verkrijgen tot online boeken die op het internet gepubliceerd zijn. We hadden de codes mee van thuis en hebben die nu geactiveerd voor de looptijd van een jaar. Mathis is ondertussen gestart met wiskunde, frans, engels en fysica. Ook zijn we intussen bezig met de nakende nieuwe bestemming, Nieuw-Zeeland maar ook met Chile en Argentinië. In Patagonië blaast er altijd wind als gek en kan het er aardig koud zijn. Vandaar dat we nog eens goed moeten nadenken over de te volgen route, de keuze van onze bollide (voertuig), ferry’s, tussen- of retourvluchten die nog niet geboekt zijn, enz… Het houdt ons op scherp en wekt ook het verlangen naar het volgende avontuur op deze reis. Gelukkig hebben we zowat alles wat we nodig hebben kunnen downloaden op de iPad, al was het soms vechten tegen de meestal zwakke Wifi die we hier aantreffen (ook al beweren ze van niet…). Het weer is nog steeds schitterend met een stralende zon tegen een blauwe lucht, rond de 28° en nog geen druppel regen gehad. T-shirt weer noem ik dat dan, nog even…

 

 

 

 

 

Lennox Head

Geplaatst: 26 augustus 2019 in Australië 240d op reis

Zondag 25/08,

Van Coffs Head gaat het verder noordwaarts richting Gold Coast. Mathis wilde nog wat surfen in de morgen ter hoogte van de Jetty Foreshores in Coffs Harbour. Tevergeefs want de gewenste golfven waren er niet. Terplaatse was er wel een marktje bezig. We zagen er bio-groenten, zelfgemaakte honing, locale kunst & ambacht, wat eetkraampjes, e.d. Daarna reden we via de M1 over Crafton naar Evans Head. Onderweg hielden we wel even halt in het Orara State Forest waar we even op the Forest Sky Pier liepen, een halve hangbrug met zicht op Coffs Harbour en de ruime omgeving. In Evans Head logeerden we op een powered campground en sprong Mathis nog eens het sop in voor de surf. s’ Avonds werden we nog getrakteerd op een fly-by van een zwerm vleermuizen die boven onze campervan vlogen. Verbazingwekkend kunnen die beestjes ook heel stil rondvliegen in tegenstelling tot hun typerend gekrijs. Na een gezelschapspelletje, de apero en het avondeten waren we rijp voor ons bedje. Deze morgen gingen wij nog even kijken langs de kust en zagen we dolfijnen voor de havengeul paraderen. In de verte zagen we vogels in duikvlucht jagen op een school vissen, een niet alledaags schouwspel, toch niet live. Na het ontbijt, ergens aan de waterkant, zetten we verder koers naar Lennox Head. Hier blijven we drie overnachtingen. Genoeg tijd dus om even te ‘chillaxen’.

Maandag 26/08,

Het stadje blijkt wel heel klein te zijn, na onze namiddagwandeling. We hebben enkel nog een ijsje kunnen versieren want om 15:00u sluiten de meeste zaken, inclusief horeca. Wat dan wel weer opvalt is dat Aussies enorm vroege vogels zijn. De warenhuizen zijn al om 06:00u open en ook op de campground is het merendeel vroeg wakker. Straks wat boodschappen doen, sociaal mediatiseren en zich al dan niet nuttig bezighouden wordt de hoofdbrok voor vandaag. Ajuus.

Dinsdag 27/08,

Vandaag maar één onderwerp, nl. het spotten van walvissen. Terwijl we net op de terugweg waren van boodschappen doen. Een paar kliffen voorbijrijdend kreeg ik ze plots in mijn gezichtsveld, een tros walvissen die om de paar minuten aan de oppervlakte opdoken. En springen en duiken kunnen ze als de beste. Ongeveer anderhalf uur hebben we vol verwondering staan gluren, gelukkig deze keer wel met verrekijker. Maar zelfs met het blote oog was één en ander goed zichtbaar. Het kimbereik was klein vandaag (het wat…?). Verder hebben we nog genoten van een lazy thuesday afternoon.

Donderdag de 22e, we rijden langsheen de Maclaey Valley Coast en besluiten halt te houden in Crescent Head. Het weer is schitterend, goed voor een surfsessie voor Mathis en zeker goed voor ons koffietje aan een strandbar. Na de middag steekt de wind echter goed van wal en blaast alleen de echte ‘die hards’ niet uit het water. We stallen onze campervan op de enige camping langs het strand. We hebben heel wat vuile was en maken gebruik van de aanwezige laundry faciliteiten. Tijdens het surfen kwam het tot een aanvaring tussen Mathis en een oudere tegenligger. Resultaat… een ferme jaap in het board van wel 15 cm. Beter dit dan een lichamelijk letsel denk ik dan. We vonden een oude(79j) ‘shaper’ die Mathis’ plank voor 40 Au$ herstelde. De man, ‘Old Bob’ vond het easy peasy fixed, wij gelukkig en tevree.

We bezochten vrijdag ook nog een oude gevangenis in South West Rocks, nl. de Trial Bay Gaol in het Arakoon National Park. We hadden geluk want toen we wilden betalen met de kaart, bleek de pinautomaat niet te werken. De dame kon niet anders dan ons een gratis bezoek te schenken, gezien we vijnsden over geen cash te beschikken op dit moment. We overnachtten opnieuw op een ‘free camperplace’ in Thora, waar we met een vijftal andere kampeerders de (koude)nacht doorbrengen.

Zaterdag 24/08 en de dag begint met volle zon aan het firmament. We rijden naar het badplaatsje Urunga en lopen er de houten ‘boardwalk’ af. Deze loopt vanaf het strand ongeveer een kilometer langs de mangrove de zee in. Het maakt niet uit waar je halt houdt, overal kom je prachtige stranden tegen omgeven door enerzijds kliffen en anderzijds de inhammen van rivieren en meren. Tel daarbij de ‘overload’ aan fauna & flora en je bent weer zoet voor een paar uurtjes. Hier en daar maken we een wandeling maar je moet er echt een ‘track’ uitkiezen, zoniet kom je dagen tekort. Rond de middag zijn we in Coffs Harbour, een hippe kuststad met een ‘mall’, een winkelcentrum waar ook de betere merken aanwezig zijn. Dit is ook de zoveelste spot waar elke surfer op kickt en moet geweest zijn, althans de Aussie’s toch. Mathis doet hier twee sessies, eentje met zonsondergang en komt ook als laatste uit het water. De golven waren niet mega maar ideaal om de kleine draaibewegingen te oefenen. Het gaat goed, hij maakt geweldige progressie, iedereen blij! Het is voor ons ook leuk om te kijken met telkens een ander decor, de ferme zeegang en meestal veel zon. Morgen rukken wij verder noordwaarts op. We zijn nog zo’n 350km van Goldcoast. We hebben dus nog tijd zat en hoeven eigenlijk niet elke dag te rijden. We zien wel hoever en of we wel richting Brisbane fietsen.

Chillen aan Diamonds Beach

Geplaatst: 20 augustus 2019 in Australië 240d op reis

Vanwege de povere internetverbinding is het alweer enige dagen geleden dat er ‘gepost’ werd op deze blog. Geen nood echter, we werken eraan. Na de Blue Mountains ging onze trip verder via Wisemans Ferry. De naam van de plaats staat voor wat je er doet… we overnachtten er op de Mill Creek Campground. We stonden er initieel helemaal alleen, diep in het bos. Tot er plots een zonderling zich kwam vervoegen. Hij reed eerst even de locatie rond om een geschikte plaats te zoeken. Daarna kwam hij even passeren en zei onopzichtelijk ‘goodday’. Dat was het en hij plaatste zich honderd meter van ons, helemaal verscholen met zijn tentje tussen de donkere bomen. Geen kampvuurtje zoals ons, niets… zou dat nu één van de seriemoordenaars zijn die hier gezocht worden. De volgende ochtend waren we opgeruimd en vertrekkensklaar bij zonsopgang. We gingen het ontbijt wel nemen op een meer zonnige plaats. We stopten wel nog even onderweg voor een idyllisch plaatje van de mist die boven de rivier hing. De weg kronkelde verder tussen het nooit aflatend regenwoud en de ontelbare meren en rivieren.

Mathis deed een surfsessie in Avoca Beach.. Het weer was er schitterend, tijd om wat bij te zonnen op een enorm strand, zoals de merendeel hier. Wij vonden opnieuw een toffe stek om te overnachten nl. Gap Creek campground. De weg ernaartoe was weerom randje 4×4 maar onze Jucy campervan heeft het ook gered. Terplaatse moesten we wel nog een supersteil klimmetje forceren, even ‘patineren’ (zoals de Vlamingen zeggen) maar dan stonden we dan toch maar weer op een feeërieke plaats. We sprokkelden wat hout en maakten het zoveelste kampvuurtje. Ondertussen zijn we zowat ‘master’ geworden in het ‘braaien’ op de ‘barbie’. Bij het boodschappen kopen zorgen we ervoor dat we telkens wat meehebben voor op het rooster. Het is niet altijd gemakkelijk om inventief te zijn inzake ‘campingkoken’ maar we blijven lekkere ‘gerechjes’ toveren. Ingrediënten vinden is niet moeilijk want zowat alles vind je hier in de supermarkten. Wij zijn ondertussen echt Coles-bezoekers geworden. Op één van de volgende dagen gingen we ‘sandboarden’ in Birubi Beach. De duinenrij loopt er kilometers ver en zijn tot een kilometer breed. Ze zijn ook massa’s hoog. Je waant je echt in een woestijn met de 4×4 terreinwagens die er op- en aanrijden met toeristen die de attractie even willen uitproberen. Wij boekten bij Sand Dune Safari en waren super tevreden. Het is de kleinschalige verzorger van deze sandboarding trips, die ook rijdt met gewone jeeps i.p.v. grote 4×4-bussen. We kregen dus privé transport doorheen de grote zandmassa gedurende een minuutje of tien. We konden gans de dag blijven indien we dat zouden willen. Het sandboarden was onbeperkt en dit zowel neerzittend als rechtopstaand. Een monitor terplaatse had de chauffeur maar op te bellen als we wilden terugkeren. Prima geregeld allemaal! Wij deden beide versies van dit ‘boarden’ maar moesten fysisch na een uurtje toch wel passen. Telkens de duin terug oplopen is superlastig met verzuring van de spieren tot gevolg. We vonden dit wel een leuke activiteit en een aanrader mocht je in de buurt komen.

Mathis ging verder ook nog wat surfen bij Fraser Beach. De ‘swell’ zat goed in het ruime sop, de wind zat goed, supergolven dus van 90cm tot 1,50m met rechte lijntjes… Ondertussen deed ik nog een praatje met een collega camper, een echte Aussie. Zo kan je wat info vergaren uit eerste bron, altijd handig voor onderweg. In het stadje Buladelah deden we wat inkopen en gingen we tanken. Alhoewel de prijsverschillen voor benzine of diesel hier de pan uit swingen, kost een litertje brandstof toch ruim de helft minder dan bij ons. Dan mag je al met een dorstige campervan rijden, wat maakt het uit…?

In de buurt van Forster & Tunncurry verbleven we op de Ruïns camperground. We stonden er met een tiental andere kampeerders. Hoeveel zouden er online geboekt hebben? De receptie was dicht maar we hadden wel warme douchen, heel belangrijk zo af en toe… Indien de ‘ranger’ niet komt controleren, dan kom je er (gratis) mee weg. In het winterseizoen wordt er wel vaker een oogje dichtgeknepen wist men ons in een infopunt te vertellen. Het weer is intussen schitterend de laatste dagen. Overdag t-shirt weer tot 20°+, ‘s nachts koelt het wel extreem af en kunnen we het extra fleece dekentje in de camper wel gebruiken. Ondertussen staan we hier nu al voor de tweede dag op Diamond Beach camperground in Crowdy Bay National Park. Het ligt op een fantastische locatie, pal aan zee. Het is hier buitengewoon rustig, geen blaffende honden toegelaten, geen lawaaierige kinderen, alleen rust en stilte en grazende kongoeroe’s. Waar we liever voor passen zijn de campings van de State Parks  alles is gratis,  er zijn geen faciliteiten maar je komt ook het meest vreemde volk tegen, ook marginale residents. Nu hebben we even de tijd om alles op een rijtje te zetten, te plannen, wat tijd te nemen om gewoon zalig te niksen, ook heel tof!

13-14 augustus,

Gisteren reden we naar de Blue Mountains, een National Park zoals er zoveel zijn in gans Australië. Het park herbergt steile en hoge rotsformaties van miljoenen jaren oud, watervallen, regenwoud en alles wat erbij hoort. Het staat geklasseerd als werelderfgoed. Op een uurtje rijden ben je er vanuit Sydney. Wij bezochten achtereenvolgens de Wentworth Falls waar we de National Trail hebben gelopen, best pittig zoals de meeste langere wandelingen hier. Vervolgens reden we naar Katoomba waar we Scenic World Blue Mountains bezochten. We kochten een familieticket waarmee we tevens toegang hadden tot de drie verschillende kabelliften (gondels) die je de ene keer heel steil of heel hoog boven de afgrond vervoerden. We zagen er de Tree Sisters temidden een geweldig landschap, die het regenwoud uitmaakt. In de late namiddag vonden we opnieuw een free campground nl. Blackheath Glenn Reserve. Met volle maan, omgeven door de fantastische vegetatie van het regenwoud en een vuurtje waarop we de ‘barbie’ (BBQ) deden, wat wil een mens nog meer… De geluiden van de inheemse papegaaien en de ‘magpies’ vinden we nog steeds uniek. Vandaag (14e) doen we verder met de rest van het bezoek aan het nationaalpark.

Aankomst in Sydney

Geplaatst: 11 augustus 2019 in Australië 240d op reis

Vandaag zondag 11 augustus en we staan in Sydney. Eigenlijk zijn we hier gisteren al aangekomen, op het gevoel wat vroeger dan gepland (want er is geen plan). Ik vat de afgelopen dagen wat samen. In Huskinsson hadden we af te rekenen met een heuse storm. We vonden nog net op tijd een free camperplace toen de wind aardig kwam opsteken. Na een paar uren ging het van kwaad naar erger. Door de hevige rukwinden die ook de hele nacht bleven doorgaan, voelde het aan alsof we opeens konden omslaan met de Jucy (onze camper). We stonden aan een rugbyveld en de beplating van het scorebord kwam los te zitten en maakte een bonkend geluid. Ook dat nog… Ik zag het spookbeeld al voor mij dat we nog een boom op ons dak zouden krijgen want er stonden er genoeg rondom onze standplaats. Gelukkig bleven we van elke schade gespaard. We waagden het erop om daags nadien wat verder te rijden. Door de verhoogde opbouw van onze campervan vang je sowieso al heel wat meer wind dan bij een gewone wagen. Het was alsof we zeilden op de wegen. Ik reed 60 max en dan nog was het uitkijken. In Nowra liet ik mijn reisgitaar eens nakijken omdat de output jack was losgekomen. 66 dollar later was het probleem opgelost….

In Kiama stopten we speciaal voor de blowhole in de rotsen langs de kust aldaar. We hadden pech want er zat weinig of geen ‘swell’ in het water waardoor wij het fontein effekt niet te zien kregen. We maakte dan maar een wandelingetje in het stadje en probeerden er de alomtegenwoordige ‘fish & chips’. Simpel gerechje en goedkoop, om een klein hongertje te stillen prima maar daarmee is ook alles gezegd.

Het was mij al een hele tijd opgevallen dat de remmen van mijn bolide niet bijster goed waren. Toen we op weg waren naar Bulli Beach, moesten we een steile bergflank van een paar kilometer afrijden. Gelukkig zijn we heelhuids beneden geraakt want ik trapte maar op het rempedaal echter zonder veel respons… We besloten om Jucy te contacteren en een oplossing te kiezen. In Wollongong gingen we eerst langs bij een garage. Daar bleek dat we ook nog eens een groot lek hadden waardoor verder rijden te riskant zou zijn. We lieten na overeenkomst met de verhuurfirma onze camper takelen naar Sydney. Daar aangekomen deden we gewoon een ruil voor hetzelfde type wagen. De bagage werd overgeladen en weg waren wij. Het euvel heeft ons een halve dag oponthoud bezorgd maar nu zijn we terug volledig operationeel. In Bulli Beach stonden we ook nog een nachtje op een camping opnieuw vanwege teveel wind.

Na een woelig kort nachtje was er terug de zon en reden we via Hellensburg via de Cliff bridge richting Sydney. Deze zondag stond in het teken van wat sightseeing. We kochten een dagpass voor de metro en bezochten het centrum met de Opera House, de skyline rond de haven en het befaamde Bondi Beach. Vandaag had ook de City to Surf loopwedstrijd plaats. De 80.000 deelnemers legden 14km af langsheen de belangrijkste plaatsen in de stad. Gelukkig was de start al heel vroeg in de morgen en hadden wij geen last van de grote massa volk die eigenlijk al op de terugweg was toen wij eraan kwamen. Morgen gaat Mathis er wat surfen, althans als de meteo goed zit…

Dinsdag 6/08,

We rijden verder langs de Saphire coast, zoals ze deze hier plegen te noemen. Het moet gezegd, het is een prachtige kustlijn vol met baaien, kliffen, riffen en ook mooie zandstranden. Het ene stadje gelijkt al meer op het andere daarom doen we in de meesten van hen een ‘pass-through’. Enkel voor boodschappen doen we eens een supermarkt of we houden we even halt bij een surfspot. In Tilba Tilba zagen we nog de oude mijnwerkershuisjes (goudmijn) zoals die in de 19e eeuw wellicht meer floreerden. Het weer is nog niet van die mate dat de ultieme surfcondities voorhanden zijn. Meestal is het redelijk ‘flat’. Bij de infopunten in stad vragen we wat de ‘highlights’ zijn in de buurt. Voor veel cultuur moet je hier niet zijn, daarentegen des te meer voor de natuur. Het is ‘amazing’ welke dieren we hier al in hun natuurlijke habitat hebben tegengekomen. s’Avonds vonden we opnieuw een free-camperplace 7km diep in het bos verstoken. De rit ernaar toe was niet voor broekventen. Gelukkig kan ik vrij goed uit de voeten met onze campervan want de weg was meer iets voor het off-road 4×4 gamma. Net voor zonsondergang waren we terplekke. We namen een aperitiefje, staken het kampvuur aan en begonnen onze pasta, broccoli met zalm te prepareren. We kregen algauw het gezelschap van een voskoejoe. Het is ook een buideldier en vormt een bedreiging voor veel planten en dieren. Vermits het hier ook vroeg donker is, proberen wij toch om zo lang mogelijk op te blijven. Zoniet zijn we ‘s morgens veel te vroeg wakker. Onderweg zagen we ook nog een natuurlijk zwembad aan de oceaan gelegen, namelijk de Blue Pool van Bermagui. Het water komt rechtstreeks uit zee met iedere grote golfslag. Er zit dan ook heel wat leven in het bad, fantastisch!

Woensdag 7/08,

We verlieten onze stek, the North Head campground, langs weerom het akelige pad richting bewoonde wereld. Geen wolkje aan de lucht, de mooiste dag tot op heden in Aussie-land, t-shirt weer! Op een lokale surfspot, bij toeval ontdekt, Bommies, maakten we kennis met de Australische gastvrijheid. Ze verstonden zich er niet aan dat wij als buitenlander deze locatie wisten te vinden. Mathis deed er een sessie van een uurtje of zowat. Het weer was super. Er kwamen zelfs een vijftal dolfijnen even gedag zeggen. Toch altijd even schrikken als men zegt ook haaien te observeren… De locals zijn ongedwongen vriendelijk en altijd bereid tot een praatje. Ze bleven zelfs kijken tot Mathis veilig en wel uit zee kwam. Een mooie eigenschap van surfers voor surfers, toch in dit Mekka van… In Ulladulla haalden we wat broodjes om ze langs het strand van Mollymook te verorberen. Tot opeens… een humpbackwhale zijn showtje kwam geven in de oceaan voor onze neus. Wij hadden weer zo’n waauw gevoel. Jammer genoeg hebben we geen telelens mee. Schroom U niet om daaromtrent een crowdfunding op te starten, beste volgers… Momenteel zijn we aanbeland in Jervis Bay, waar we weer genoten van de mooie kustomgeving, een koffietje dronken in Huskisson, een dorpje in de buurt. Mathis kocht er ook nog een nieuwe sweater. 220km verwijdert van Sydney staan we onszelf op te laden op een powered campground. Tommorrow is annother day…

Philip Island en verder

Geplaatst: 4 augustus 2019 in Australië 240d op reis

31/07 & 01/08

We boekten twee overnachtingen hier (Phillip Island Caravan Park, Big4) op Phillip Islands. We opteerden voor een ‘powered’ standplaats (elektriciteit). We kunnen nu alles eens volledig opladen, gsm, iPad, laptop. En… warme douche! We hebben slechts één pinguïn gespot op het eiland die ervoor bekend staat. Verder gingen we nog wat rondkuieren in Cowes, met slechts één straat met een beetje winkels en restaurants was dit ‘easy peasy’. Overal In Australië heb je openbare BBQ’s. Ook in Cowes, waar we wat lamsworstjes op de hete plaat gooiden. Zo moesten we ons campergerief niet uit te halen. We hadden ook nog een mooi zicht op de baai, gratis ende voor niks. Mathis wilde nog wat skateboarden maarde lokale faciliteiten waren ondergedruppeld, te glad en gevaarlijk dus. We zochten nog wat nieuwe mogelijkheden uit voor de volgende dagen en gingen vroeg slapen, gezien het hier ook relatief snel donker wordt. Soms moeten we echt de tijd rekken, niet altijd gemakkelijk in een kleine camper.

02/08

Vrijdag vandaag. Ik weet het ook maar door op mijn iPad te kijken. Doorgaans heb ik op reis geen benul van welke dag we zijn. De eerste maand zit er op. Nog zeven te gaan… echt gek! Vandaag hebben we wat doorgereden naar het zuidoosten. We vonden een stek aan het strand, helemaal alleen (McGauran Beach). Mathis deed een surfpoging maar teveel stroming, teweinig golven en het alleen zijn deden anders beslissen… we maakten een kampvuur waarop we eten kookten in een pan. Heel romantisch allemaal maar het uitgerookt zijn moet men erbij nemen. In de namiddag kwam de zon even piepen maar er is meer van dat nodig! Het is niet te geloven hoe afgelegen we hier staan van de bewoonde wereld en toch kregen we later op de avond het gezelschap van een tweede camper. Geen last van echter want plaats genoeg….

Morgen trekken we opnieuw oostwaarts, een leuke surfspot opzoekend, onderweg de mooiste views meepikkend.

03/08

Zaterdag, weekend en dat zie je omdat er meer auto’s op de baan zijn. Ook zie je meer locals die met hun grote pick-ups er op uit trekken, soms beladen met quads, crossmoto’s of visgerei. Velen haken gewoon hun boot op de trailer en weg zijn ze. Na wat boodschappen te hebben gedaan in Bairnsdale (ook lekkere sushi) en een La-snaar te hebben gevonden voor Mathis’viool, reden we door op aanraden van het Infopunt naar de Mitchell River Silt Jetty’s. We namen er de lunch in de vrije natuur, zoals overal waar we komen met onze Jucy campervan. Met de free ferry staken we de rivier over naar Raymond Island. We deden de koala trail van een paar kilometer en zagen er verschillende in de bomen hangen. Mathis won onze challenge ‘om het eerst koala’s spotten’. Tussen de huizen door stonden we oog in oog met een tros kangoeroe’s. Het is wel even verschieten, als ze rechtstaand, groter blijken te zijn dan mezelf. Al bij al zijn het toch lieve wezens. Spijtig dat we er ook veel aantreffen langs de wegen, zij die de nacht niet haalden. Vanaf zonsondergang staan ze erom bekend de weg over te steken en zich blind te staren in de lichten van de auto’s.

Up to the Grampians

Geplaatst: 30 juli 2019 in Australië 240d op reis

Maandag 29 juli 2019,

Vandaag proficiat aan mijn mama, gelukkige verjaardag en de eerste maal de wensen vanuit Australië. Deze morgen reden we vanuit Warrnambool via Port Fairy naar de Grampians, een natuurreservaat in de buurt. Alhoewel, in de buurt… wil hier zeggen, minder dan 100 km. In Port Fairy deden we een lokale kustwandeling en zagen we heel wat zeevogels, een vuurtoren om het idyllisch plaatje te laten kloppen en wat beschermd natuurgebied. Nadien gingen we boodschappen doen in de Cooles (samen met Woolworths de supermarkten van Australië). Uiteraard maakten we nog een pitstop om te tanken met onze ‘tank’ want zoveel zuipt onze Jucy campervan wel. Het spel heeft bijna 335.000km op de teller staan, ongelooflijk. De remmen zijn ook eens aan vervanging toe maar wie maalt hierom… Het ding blijft voorlopig rijden en dat is wat telt. Kort na de middag kwamen we aan het vertrekpunt van The Grampians. We gingen langs bij een infopunt, want hier wil je toch wel echt niet verdwalen. De gps zegt dan ‘sla hier linksaf’… en dan kom je nog 4 wagens per uur tegen. Het weegt nog niet echt door maar het begint door te dringen hoe groot dit land eigenlijk wel is. Nu staan we op een ‘free camperplace’, midden in de prachtige natuur. We staken een vuurtje aan om op te koken. We zagen zowel de zon als een paar grijze spelbrekers. Ideaal voor de foto’s, een regenboog aan ons firmament… te mooi om waar te zijn. Na anderhalve minuut was het spektakel verdwenen maar dat vonden wij een topmoment op al onze reizen tot nu toe. Wat een decor !!! Wij hielden een medium ‘barby’ met uitvoerig aperitief… Nadat we alles weer netjes hebben opgeruimd, gaan we vroeg slapen om morgen met het eerste daglicht op te staan. We moeten profiteren van de soms korte dagen. Morgen gaan we ‘hiken’, bergwandelen, toch voor een halve dag. En de wereld draait door…

Dinsdag 30 juli,

Deze morgen stonden we op met de kangoeroe’s voor de camper. Een leuke ervaring was het. We aten ons ontbijt terwijl we de beestjes in het oog hielden want voor je het weet, zijn ze zo weer weg. We reden naar Halls Cap waar we een infopunt bezochten. We wilden een paar wandelingen uitstippelen in deze wondermooie Grampians. We deden een ‘serieuze’ klim naar ‘the Pinnacle’. Onze fysiek werd nog eens getest. Het was best pittig, om niet te zeggen f…cking lastig maar zeker de moeite waard. Boven werden we getrakteerd op een machtig zicht over de streek. Rondom en onder ons zagen we de steile rotswanden die deze streek zo uniek maakt. Het weer is nog steeds Australisch winters maar dat komt voor deze gelegenheid prima uit, schitterend wandelweer dus. Echt koud is het hier niet maar af en een streepje zon doet wonderen, zeker met het humeur. Ik vergelijk het steeds met een gemiddelde droge herfstdag van bij ons, veelal windstil. Dus voor ons noorderlingen zouden we willen tekenen voor zo’n wintertje. Nadien reden we nog wat rond in de buurt om een paar viewpoints mee te pikken. We bezochten ook nog de MacKenzie Falls. Niet mis in het decor terplaatse maar we hebben er al andere gezien met een grotere waauw-faktor. Toch weer een kuitenbijtertje na onze trip van deze morgen. Nu ook was het eerst helemaal afdalen tot aan het ‘splashpoint’, daarna terug hijgen en zuchten om terug boven te komen bij de camper. Ondertussen vonden we opnieuw een free camping, Plantation campground, midden in the middle of nowhere. Hier moet je goed voorbereid zijn want er is hoegenaamd niets buiten een naambord en de toiletten, geen winkeltje of zo. Wij hebben altijd genoeg proviand bij voor twee dagen, zijn opgetopt met water(80L) en staan nooit droog inzake benzine. Een mens leert snel in zo’n immens land. Morgen keren we terug richting Melbourne maar langs waar is bij het ter perse gaan nog niet gekend bij de redactie.